Environmental risk limits for triphenyltin in water

2012 
Het RIVM heeft, in opdacht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M), milieurisicogrenzen voor trifenyltin in water bepaald. Dit was nodig omdat de huidige norm voor trifenyltin voor waterkwaliteit niet is afgeleid volgens de meest recente methodiek. Trifenyltin wordt voornamelijk gebruikt als middel om hout te conserveren en om te voorkomen dat onder water op de romp van schepen organismen groeien (aangroeiwerend middel). Het gebruik als aangroeiwerend middel is in Europa sinds 2003 niet meer toegestaan. De Stuurgroep Stoffen stelt de nieuwe normen vast op basis van de wetenschappelijke advieswaarden in dit rapport. Er zijn milieurisicogrenzen bepaald voor kortdurende concentratiepieken en voor langdurige blootstelling waarbij geen schadelijke effecten te verwachten zijn. De milieurisicogrenzen voor langdurige blootstelling zijn bepaald voor jaargemiddelde concentraties. Meetgegevens geven aan dat deze waarschijnlijk in Nederlands zeewater en in zoutwatersediment worden overschreden. Voor zoetwater is dit onbekend, omdat de nieuwe milieurisicogrens lager is dan de laagste concentratie die met de huidige technieken in het milieu kan worden aangetoond. Voor de milieurisicogrenzen voor langdurige blootstelling in oppervlaktewater zijn drie routes onderzocht: directe effecten op waterorganismen, indirecte effecten op vogels en zoogdieren via het eten van prooidieren, en indirecte effecten op mensen via het eten van vis. De eerste van de drie levert de laagste waarde voor trifenyltin en bepaalt daarmee de milieurisicogrens voor langdurige blootstelling voor zoet- en zoutwater (0,23 nanogram per liter). De milieurisicogrens die het ecosysteem beschermt tegen kortdurende concentratiepieken, is 0.47 microgram per liter voor zoet- en zoutwater.
    • Correction
    • Source
    • Cite
    • Save
    • Machine Reading By IdeaReader
    0
    References
    1
    Citations
    NaN
    KQI
    []