Zwemmend DNA: genmigratie als graadmeter voor de impact van migratieknelpunten op riviervissen

2007 
Hoe mobiel zijn onze riviervissen? Goede verplaatsingsmogelijkheden zijn cruciaal voor hun behoud. “Oost, west, thuis best” geldt maar voor weinig vissoorten. Veel vissen migreren gedurende een bepaalde fase in hun leven, of in een bepaalde periode van het jaar. Een gekend voorbeeld is de paling, die als glasaaltje de rivieren opzwemt, en pas als volwassen vis terugkeert naar zee om te paaien. “Tegenliggers” die net het omgekeerde doen, zijn de zalmachtigen, die helaas grotendeels uit Vlaanderen verdwenen zijn. Ook vissen die hun hele leven in zoet water doorbrengen, gaan op zoek naar de properste, veiligste of best beschutte plaatsjes in onze rivieren, beken en kanalen, om voedsel te zoeken of om zich voort te planten. De Vlaamse waterlopen liggen echter bezaaid met zogenaamde “migratieknelpunten” (Monden et al. 2004; zie www.vismigratie.be voor een overzicht). Migratieknelpunten omvatten tal van constructies, zoals watermolens, gemalen, slecht aangelegde tunnels, stuwen en terugslagkleppen, die vooral de stroomopwaartse migratie van het waterleven verhinderen (Monden, 2007 dit volume). Daarom vormen ze een ernstige bedreiging voor het voortbestaan of herstel van onze riviervissen, die al veel te lijden hebben gehad onder het verlies van geschikt habitat door watervervuiling, of door het rechttrekken en verstevigen van oevers. Op korte termijn vormen migratieknelpunten, letterlijk en fi guurlijk, een obstakel in het leven van een vis, wanneer die in zijn vrije migratie wordt gehinderd. Maar de gevolgen kunnen zich ook laten voelen op lange termijn, wanneer knelpunten bepaalde rivierdelen generaties lang isoleren, en hele populaties door inteelt genetisch verarmen. Deze verarming kan leiden tot een algemene vermindering van het aanpassingsvermogen aan de wisselende omstandigheden die in rivieren kunnen optreden, zoals ziektes en schommelingen van de waterkwaliteit. In extreme gevallen kunnen migratieknelpunten dan ook leiden tot het uitsterven van volledige populaties. De ligging en het type van migratieknelpunten is uitzonderlijk goed gedocumenteerd in het DijleDemerbekken (Figuur 1). Doel van ons onderzoek Menselijke ingrepen kunnen het waterleven snel verstoren. Artifi ciele structuren zoals watermolens, terugslagkleppen en stuwen verhinderen de vrije migratie van riviervissen. Genmigratie, de uitwisseling van genetisch materiaal tussen populaties, is erg belangrijk om de stabiliteit van populaties te behouden. Het weerspiegelt ook hoe vlot vissen zich in het rivierbekken kunnen verplaatsen, en waar migratieknelpunten daar een stokje voor steken. Wij gingen de genmigratie na tussen 21 populaties van de driedoornige stekelbaars (Gasterosteus aculeatus L.) in het Dijle-Demerbekken op basis van zes DNA segmenten. Vier bovenlopen bleken genetisch sterk geisoleerd. In het algemeen had het aantal migratieknelpunten tussen twee populaties een veel grotere weerslag op de genetische connectiviteit dan hun onderlinge rivierafstand. Het in kaart brengen van de genetische structuur van riviervissen vormt een goede leidraad voor het herstel en beheer van rivierbekkens.
    • Correction
    • Source
    • Cite
    • Save
    • Machine Reading By IdeaReader
    2
    References
    1
    Citations
    NaN
    KQI
    []