Hoofddeksels in de rechtszaal: een kwestie van respect voor de rechter of tolerantie door de rechter?

2016 
Het onderzoek, met inbegrip van de korte enquete, werd gelanceerd naar aanleiding van een zaak ingeleid bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, Hagar Lachiri tegen Belgie. Deze zaak betreft de klacht van een vrouw die de toegang tot de rechtszaal (als burgerlijke partij in een strafzaak n.a.v. de dood van haar broer) werd ontzegd omdat zij weigerde haar slamitische hoofddoek af te nemen. De rechter grondde zijn beslissing op Artikel 759 van het Gerechtelijk Wetboek (Ger. W.). Het Centrum voor Mensenrechten heeft een third party intervention ingediend in Lachiri tegen Belgie , om het Hof bijkomende informatie te verschaffen omtrent drie kwesties: • Het algemene debat in Belgie over het dragen van een Islamitische hoofddoek • Het juridische kader, met name de geest, doelstelling en herkomst van Art. 759 Ger. W. • De draagwijdte van de discretionaire bevoegdheid van staten om religieuze symbolen te verbieden Naar aanleiding van de interventie heeft het Centrum een korte enquete verspreid onder de magistraten in Belgie. Gelet op de deadline voor de voorlegging van de third party intervention, werd in de interventie verwezen naar een aantal trends op basis van een eerste screening van de resultaten die op dat moment beschikbaar waren. De interventie kan geraadpleegd worden op de website van het Centrum: http://www.hrc.ugent.be/third-party-interventions-before-ecthr/
    • Correction
    • Source
    • Cite
    • Save
    • Machine Reading By IdeaReader
    0
    References
    0
    Citations
    NaN
    KQI
    []