Privaatrechtelijke Handhaving in Reactie Op Mensenrechtenschendingen Door Internationaal Opererende Ondernemingen (Private Law Enforcement of Human Rights Norms against Corporate Violators)

De discussie over mensenrechtenschendingen door internationaal opererende bedrijven is zeer actueel en krijgt zowel binnen Nederland als internationaal veel politieke en maatschappelijke aandacht. Een belangrijke vraag hierbij is hoe, door wie en waar multinationals civielrechtelijk aansprakelijk gesteld kunnen worden als zij in het kader van hun wereldwijde activiteiten betrokken raken bij schendingen van mensenrechten en/of het milieu in de gastlanden waarin zij opereren. Het civiele aansprakelijkheidsrecht kan een belangrijk instrument zijn in deze grensoverschrijdende context waar publieke handhavings - en reguleringsmechanismen veelal ontbreken of ontoereikend zijn. Deze bijdrage verkent de mogelijkheden en knelpunten naar Nederlands recht bij het aansprakelijk stellen van Nederlandse multinationals voor extraterritoriale mensenrechten - en milieuschendingen en wijst op verschillende onderwerpen, moeilijkheden en toekomstige rechtsontwikkelingen die in dit kader aandacht verdienen. Both in the Netherlands and abroad, there is increasing socio-political attention for the topical subject of business & human rights. An important question is whether, where and to what extent multinational corporations can be held accountable for their involvement in violations of human rights and/or environmental norms committed abroad. Civil liability suits can provide an important instrument in this transboundary context in which public law regulatory and enforcement mechanisms tend to be inadequate or absent altogether. This article: 1) provides an exploration of the possibilities and pitfalls in Dutch law when it comes to holding multinational corporations civilly liable for people and planet-related norm violations committed abroad; and 2) points out various issues and developments that merit further attention in this respect.