Corticosteroïdinjectie versus placebo bij heupartrose
2019
Inleiding Verschillende internationale richtlijnen adviseren een intra-articulaire corticosteroidinjectie bij pijnlijke
heupartrose, maar de systemische werking van corticosteroiden bij heupartrose is onbekend. Wij onderzochten of intramusculaire corticosteroidinjecties de pijn kunnen verminderen en vergeleken deze
met placebo-injecties.
Methode In deze gerandomiseerde dubbelblinde RCT kregen patienten met pijnlijke heupartrose een intramusculaire injectie met ofwel 40 mg triamcinolonacetonide ofwel placebo. Primaire uitkomstmaat was de
heuppijn in rust en tijdens lopen twee weken na de injectie, gemeten op een visuele analoge pijnschaal
en op de WOMAC-pijnindex. Secundaire uitkomstmaten waren de pijnscores op vier, zes en twaalf weken en de overige WOMAC-scores. Gegevens werden geanalyseerd met linear mixed models.
Resultaten In totaal werden 106 patienten geanalyseerd, 52 in de corticosteroidgroep en 54 in de placebogroep. In
de corticosteroidgroep zagen we twee weken na de injectie een signifcant en klinisch relevant verschil
ten opzichte van placebo op de pijn in rust (extra pijnvermindering –1,3; 95%-BI –2,3 tot –0,3). Dit
efect bleef tot twaalf weken na de injectie aanwezig. Na vier, zes en twaalf weken zagen we ook een
signifcant verschil voor pijn tijdens lopen, en na zes en twaalf weken scoorde de interventiegroep ook
beter op de WOMAC-pijnschaal.
Conclusie Een intramusculaire corticosteroidinjectie bij heupartrose vermindert de pijn in rust na twee tot twaalf
weken beter dan placebo. Respectievelijk vier tot twaalf en zes tot twaalf weken na de injectie zijn ook
de pijn bij lopen en de score op de WOMAC-pijnschaal beter dan bij placebo.
- Correction
- Source
- Cite
- Save
- Machine Reading By IdeaReader
3
References
1
Citations
NaN
KQI