Tuberculose in Nederland 2013 : Surveillancerapport

2014 
In 2013 werden 848 patienten met tuberculose gemeld aan het Nederlands Tuberculose Register (NTR). Dit komt overeen met een incidentie van tuberculose van 5,1 per 100.000 inwoners. Het aantal tbc-patienten in Nederland is in de laatste tien jaar met 38% gedaald. In 2013 werd bij 54% van de gemelde patienten longtuberculose geconstateerd; 23% procent (199) van de tbc-patienten in 2013 had sputum en/of BAL ZN positieve longtuberculose, de meest besmettelijke vorm van tuberculose. Dit betekent een afname van 15% van het aantal patienten met besmettelijke tuberculose ten opzichte van 2012. Tuberculose komt in Nederland vaker voor bij personen geboren in het buitenland (eerstegeneratieallochtonen) en tweedegeneratieallochtonen. Bijna driekwart van het aantal tbc-patienten in 2013 was geboren in het buitenland (74%). Van de groep eerstegeneratieallochtonen met tuberculose in Nederland is de groep Somaliers, net als voorgaande jaren, het grootst (147). Het percentage tbc-patienten afkomstig uit Somalie is even groot als het percentage autochtone Nederlanders met tuberculose (17%), maar de incidentie onder Somaliers in Nederland is meer dan 500 maal hoger dan onder autochtone Nederlanders. Tbc-patienten behorend tot een risicogroep Het percentage tbc-patienten behorend tot een risicogroep was in 2013 lager (36%) dan in 2012 (40%). Vooral het aantal tbc-patienten behorend tot de risicogroep 'tbc-contacten' nam af. Ook het aantal tbc-patienten behorend tot de risicogroep 'immigranten korter dan 2,5 jaar in Nederland' en het aantal tbc-patienten behorend tot de risicogroep 'asielzoekers korter dan 2,5 jaar in Nederland' was in 2013 lager dan in voorgaande jaren. Bijna de helft van het aantal tbc-patienten in 2013 in Nederland is immigrant langer dan 2,5 jaar in Nederland en afkomstig uit endemisch gebied. Vanwege de duur van het verblijf worden zij niet (meer) als risicogroep beschouwd. Tuberculose en hiv Het percentage tbc-patienten dat op hiv wordt getest is ook in 2013 veel lager (51%) dan de richtlijn voor tuberculose en hiv aanbeveelt (100%). Het percentage tbc-patienten van wie de hiv-status bekend was, nam toe van 28% in 2008 tot 51% in 2013. Het percentage tbc-patienten geinfecteerd met hiv daalde de laatste tien jaar in Nederland tot 2,0% in 2013. Dit is 3,9% van de patienten waarbij de hiv-status bekend is. Multiresistente (MDR) tuberculose Het aantal patienten met MDR-tbc in Nederland schommelt de laatste vijf jaar tussen de tien en de twintig patienten. Door de afname van het totaal aantal tbc-patienten in 2013 nam MDR-tbc in verhouding toe ten opzichte van voorgaande jaren tot 2,8% van het totaal aantal kweekpositieve tuberculose. MDR-tbc komt vaker voor bij patienten die eerder zijn behandeld. Alle MDR-tbc-patienten in 2013 waren afkomstig uit het buitenland Resultaat van de behandeling Van alle patienten met rifampicine gevoelige tuberculose gediagnosticeerd in 2012, voltooide 85% de tbc-behandeling met succes. Patienten met resistente tuberculose voltooiden minder vaak de behandeling. Van de negentien patienten met rifampicine resistente tuberculose gediagnosticeerd in 2011, voltooiden veertien (74%) de behandeling met succes. Sterfte aan tuberculose Van de zestien personen die in 2012 en 2013 aan tuberculose overleden waren er dertien ouder dan 65 jaar. Twee patienten waren hiv-positief. Bij zeven van de 16 overleden tbc-patienten werd de diagnose tuberculose pas na het overlijden gesteld. Latente tbc-infectie (LTBI) In 2013 zijn 1.344 personen met LTBI gemeld aan het NTR. Bij 771 (57%) personen werd de diagnose bij bron- en contactonderzoek vastgesteld. In 2013 startte 72% van de gemelde personen een preventieve behandeling. Van de personen gemeld in 2012 voltooide 87% de LTBI-behandeling met succes. Transmissie en clustersurveillance Op grond van de genetische typering van de tbc-bacterie is aangetoond dat bij ongeveer een derde van de patienten met een kweekpositieve tuberculose in 2013 er sprake is van recente clustering, dat wil zeggen dat de patient eenzelfde bacterie heeft als een andere tbc-patient die de afgelopen twee jaar in Nederland is vastgesteld. Bij de overige patienten die tot een cluster behoorden kan het gaan om import van de ziekte met een VNTR-typering die veel voorkomt in het land van herkomst of om een re-activatie van een in het verleden opgedane infectie. Regionale surveillance Met ingang van 1 januari 2015 zal de tbc-bestrijding georganiseerd worden vanuit vier regio's: de tbc-regio Noord Oost, de tbc-regio Noord West, de tbc-regio Zuid-Holland en de tbc-regio Zuid. Het aantal tbc-patienten (en de tbc-incidentie) is in de periode 1993-2013 gedaald in alle tbc-regio's. Per regio zorgen regionale uitbraken voor schommelingen in het aantal patienten over de jaren. De regio Zuid-Holland had in 2013 het grootste aantal tbc-patienten (265) en de hoogste incidentie (7,4 per 100.000 inwoners). In de regio Noord Oost was de incidentie het laagste (3,4 per 100.000) maar was het percentage tbc-patienten behorend tot een risicogroep het hoogste (46%). Dit waren vooral immigranten en asielzoekers korter dan 2,5 jaar in Nederland. De regio Zuid had in 2013 het kleinste aantal tbc-patienten (156). De incidentie in de regio Zuid was 3,9 per 100.000 inwoners.
    • Correction
    • Source
    • Cite
    • Save
    • Machine Reading By IdeaReader
    0
    References
    2
    Citations
    NaN
    KQI
    []