De rol van de eigen-effectiviteitsverwachting bij arbeidsparticipatie van mensen met ASS

2018 
SamenvattingArbeidsparticipatie is voor mensen met een autismespectrumstoornis (ASS) nietvanzelfsprekend. Slechts 25 tot 30 procent heeft een betaalde baan (Holwerda, van de Klink, de Boer, Groothoff & Brouwer, 2013; Shattuck et al., 2012). Dit onderzoek richt zich op de rol van de eigeneffectiviteitsverwachting bij arbeidsparticipatie van individuen met ASS. Bij de participanten (19 t/m26 jaar) zijn de ADOS-2 en een semigestructureerd interview afgenomen om de data te verzamelen. De scores van de ADOS-2 resulteerden in wel of geen ASS classificatie. Tijdens het semigestructureerde interview staan de ervaringen van de participant die invloed hebben op maatschappelijke participatie centraal. Uit dit onderzoek komt naar voren dat als rolmodellen (metname ouders) een positieve houding hebben ten opzichte van werk, de kans groter is dat een individu met ASS een hogere eigen-effectiviteitsverwachting heeft. Tevens gaan de participanten in dit onderzoek uit van hun eigen capaciteiten en niet van hun valkuilen. Dit betekend dat de eigeneffectiviteitsverwachting positief beinvloed wordt, door de successen en vaardigheden die de participanten beheersen en in veel mindere mate negatief beinvloed wordt door de gefaalde situaties en vaardigheden welke zij niet beheersen. Tevens zorgt een negatieve bekrachtiging nauwelijks voor eennegatieve invloed op de eigen-effectiviteitsverwachting. Individuen met een ASS diagnose lijken een hogere eigen-effectiviteitsverwachting te hebben dan individuen met subklinische symptomen van ASS. Tot slot, kan vanwege het feit dat het concept, eigen-effectiviteitsverwachting, niet als zodanig gemeten is, niet geconcludeerd worden of de eigen-effectiviteitsverwachting invloed heeft op arbeidsparticipatie.
    • Correction
    • Source
    • Cite
    • Save
    • Machine Reading By IdeaReader
    0
    References
    0
    Citations
    NaN
    KQI
    []