Participatief leiderschap: mogelijkheden en beperkingen

De druk op het leiderschap in organisaties neemt toe (Haselhoff, 1995; Pfeffer & Salancik, 1978; Van der Vlist, 1991). Naast externe ontwikkelingen, zoals een grotere concurrentie, zijn er ook allerlei interne ontwikkelingen gaande. Zo is het minder vanzelfsprekend geworden dat ondergeschikten ontzag hebben voor hun leidinggevenden (Kanter, 1979). Leidinggevenden moeten het respect van ondergeschikten 'verdienen' door hun kwaliteiten en door hun gedrag. Werknemers zijn mondiger en kritischer geworden, en zijn over de gehele lijn bekeken hoger opgeleid dan voorheen het geval was. Daarnaast is de culturele diversiteit van werknemers binnen organisaties de laatste jaren toegenomen, waardoor leidinggevenden te maken hebben met uiteenlopende vaardigheden van medewerkers en met verschillende verwachtingen over de manier van aansturen. Deze ontwikkelingen bieden organisaties tal van mogelijkheden, maar maken tegelijkertijd het leidinggeven nog gecompliceerder dan het al was (Algera & Kleinbeck, 1997; Hogan, Curphy & Hogan, 1994).